Hoe het begon in Heiloo

Het begin bij Onze Lieve Vrouw ter Nood te Heiloo

image003De vestiging van het klein-seminarie van de paters Montfortanen in Noord- en Zuid-Holland heeft zich afgespeeld op drie locaties. Beresteyn is de voortzetting van De Haagsche Schouw en die van O.L. Vrouw ter Nood bij Het Putje in Heiloo.

Die twee vroegere locaties horen uiteraard tot de voorgeschiedenis en dus ook de geschiedenis van Beresteyn. Als in de “Flitsen uit de eerste 10 jaar geschiedenis Beresteyn” op de website van Ad Murck te lezen is: “12 juli 1956 Inkleding in Schimmert van onze drie eerstelingen. Onze gelukwensen gaan naar Piet Verlaan, Piet Juurlink en Jan Ranke,” dan blijkt datzelfde besef van continuïteit. Deze drie zijn immers nooit in Beresteyn geweest, maar komen wél van deze opleiding.

In augustus 1949 kregen Pater Polder en Pater Bernard de benoeming “om eens uit te kijken hoe het best een school in Heiloo begonnen zou kunnen worden”

Vanuit het rectoraatshuis aan de Kapellaan werden plannen gesmeed om een seminarie te stichten onder bescherming van O.L.Vrouw ter Nood. Dit heiligdom werd ook wel het Putje genoemd. Mgr. J.P. Huibers, bisschop van Haarlem, had de pastorale zorg van dit heiligdom al in 1946 toevertrouwd aan de Paters Montfortanen. [1]

Omdat het vinden van een geschikte locatie en de nodige vergunningen een langdurig proces was, werd er op 1 oktober 1950 alvast gestart aan de Zeeweg 43 in een ‘gewoon’ huis. Aantal leerlingen 9, waarvan 2 extern.

Studenten en paters en de broeder maakten gebruik van de Kapel van de Zusters Franciscanessen van Oudenbosch aan de Malvoortsedijk. Ongeveer 10. minuten lopen.

Verder werd er lesruimte gevonden bij de broeders van Dongen op de Willibrordusstichting (een kwartier lopen). Ook de tuin en het voetbalveld stonden tot hun beschikking.

image004

juvenaat

Adres op enveloppe. Let op: een korte tijd heeft men zich ‘Juvenaat’ genoemd (zie hierna)

Pericelen…

Zoals uit de bijdrage van Pater Polder blijkt was er veel verzet van de kant van de protestanten in Heiloo en ook van de burgemeester van Heiloo tegen de vestiging van het seminarie in Heiloo.

Verzet was er ook van het Bisdom. Een seminarie zo dicht bij een bedevaartsplaats was een geduchte concurrent. Om die reden kreeg Pater Bernard, ontboden op het bisdom van Haarlem, te horen dat de naam seminarie voorbehouden was aan bisdommen. “Waarom noemt U zich niet: Juvenaat of Apostolische school?”

Daarbij kwam nog dat het kapittel ontstemd was over het geven van het rectoraat Heiloo aan de Montfortanen (wat al in 1946 gebeurd was). Men vreesde dat een ‘concurrerend’ seminarie op zo’n prachtplaats de toeloop van studenten naar het eigen seminarie van het bisdom in gevaar bracht.

Na alle tegenwerking gaven Monseigneur Huibers en zijn kapittel uiteindelijk wel schriftelijk verlof om in Voorschoten met een volledige school te beginnen. En die zou zich, vond de bisschop, dan het beste kunnen noemen: Apostolische School H. Montfort Voorschoten.

't Putje van Heiloo

’t Putje van Heiloo

 

’t Putje van Heiloo

Bedevaarten naar O.L. Vrouw ter Nood

Ottie Thiers Fotoredactie Adriaan van Beek,

Uitg. Verloren, 2005, 225 blz. ISBN 9065508589

De Runxput bij Heiloo is sinds eeuwen verbonden met de verering van O.L. Vrouw ter Nood. Na een periode van vergetelheid brak in 1905 een nieuwe fase aan in het bestaan van de bedevaartplaats. Initiatiefnemer en animator was de Alkmaarse fabrikant Gerrit van den Bosch. Gedreven door een diep geloof en onvermoeibare strijdlust voor de katholieke zaak, zette hij Maria op de markt zoals hij zijn margarine aan de man bracht. Een door de bisschop benoemde commissie leidde de wederopbouw, die zowel historisch als kunstzinnig verantwoord moest zijn. Dankzij een zeer rijk archief biedt dit fraai geïllustreerde boek een kijkje achter de schermen van dit proces. Decennialang voer men een vaste koers, met als inzet de bekering van Nederland. Toen bekering uit de tijd raakte, volgde een moeizame zoektocht naar nieuwe wegen. Tegenwoordig heeft ‘O.L. Vrouw ter Nood’ vele gezichten.

Ingang kapel Onze Lieve Vrouw ter Nood [foto van hier]

Ingang kapel Onze Lieve Vrouw ter Nood.

[1] 1946 Mgr.J.P. Huibers, Bisschop van Haarlem, vertrouwt de pastorale zorg van het Heiligdom van Onze Lieve Vrouw ter Nood toe aan de Paters Montfortanen.

1989 Afscheid van de Paters Montfortanen van het Bedevaartsoord. Sinds het vertrek van de Montfortanen neemt Deken W.J.J. Klück de pastorale zorg van het Rectoraat waar. De deken van Alkmaar is formeel de rector. Informatie op de website van OLVterNood

Zie ook http://www.marypages.com/OLVterNood.htm target=”_blank”